“Nu sta jij aan de andere kant van de lijn Judith”, schreef een huisarts waarmee ik al jaren samenwerk, in reactie op mijn bericht dat ik langere tijd afwezig zou zijn omdat bij mij borstkanker is ontdekt en ik een behandeltraject moet gaan volgen. Tja, die andere kant van de lijn, geen idee wat ons te wachten stond. De spreekwoordelijke achtbaan werd echter in stelling gezet, klaar om afgeschoten te worden en amper tijd om de riemen vast te maken. Had ik trouwens al gezegd dat ik normaal gesproken nooit vrijwillig en zonder dwang in een achtbaan stap?
Het vertrekpunt was op de mammapoli waar ik door de huisarts naar was verwezen. Hij vertelde me dat je daar een onderzoekstraject doorloopt waarna je, binnen korte tijd, weet waar je aan toe bent. Dat klonk goed want geduld is niet bepaald mijn sterkste kant en zeker in dit geval wil je niet te lang in onzekerheid zitten.
Als eerste had ik een gesprek met de mammacare verpleegkundige. Ze oogde wat onrustig (volgens mij was dat toch echt mijn rol) en rommelde wat met haar telefoon. Er bleek bij haar thuis een kleine verbouwing plaats te vinden en ze was bang was dat ze een telefoontje van de werklui had gemist dus of ze even haar telefoon mocht checken? Beleefd als ik ben, gaf ik aan dat dit natuurlijk geen probleem was (in gedachten: had ze dit niet voor het gesprek kunnen doen?) maar toen die last van haar schouders was, was alle aandacht voor mij en verliep het gesprek verder vlotjes. Daarna werd ik doorgestuurd naar radiologie waar ik professioneel maar met persoonlijke aandacht van mammografie naar echografie, biopten en puncties werd geleid. De radioloog was duidelijk, het zag er niet goed uit. Zijn eerlijkheid kon ik waarderen, de uitslag minder maar ik wist waar ik aan toe was. Er werd nog wel gevraagd waarom ik in hemelsnaam alleen naar het ziekenhuis was gekomen? Eh, pardon? Ik heb toch echt meerdere malen het uitdrukkelijk verzoek gekregen om (vanwege corona) alleen te komen…?
Toen de eerste negatieve, of eigenlijk moet ik zeggen positieve uitslagen binnenkwamen (wat overigens een misleidende term is want als een uitslag positief is valt er echt niets te vieren), bleek dat er nog vele onderzoeken moesten volgen om de precieze staat van de tumor en uitzaaiingen vast te stellen. Een daarvan was een MRI scan van beide borsten. Laat ik zeggen dat het iets wat ongemakkelijk voelt als je onder toeziend oog van twee verpleegkundigen, tamelijk onelegant buikwaarts op een net iets te hoge tafel moet klimmen, waarin zulke enorme gaten zitten dat je zelfvertrouwen meteen een deuk oploopt en waarin, precies u raadt het al, de borsten “gepositioneerd” moeten worden. Om het geheel nog erger te maken liggen je benen iets omhoog, je hoofd naar beneden en worden de armen op de rug vastgemaakt voordat je (zo voelt het echt!) als een lam op de slachtbank de tunnel in wordt geschoven. Het mag duidelijk zijn dat vooral dat het vastmaken van de armen cruciaal is om vooraf te weten. Maar juist dat stukje informatie ontbrak in de verder zeer uitgebreide folder. Gelukkig kreeg ik deze onmisbare informatie vooraf van een lieve collega met ervaring en dat voorkwam dat ik ter plekke een paniekaanval kreeg, wat op zich al een opgave is kan ik u vertellen.
Een ander onderdeel wat bij elk bezoek aan arts of verpleegkundige terugkomt is het zogenaamde “bevoelen” van de borst(en). Tot voor kort was dit exclusieve voorrecht mijn man toebedeeld maar dat idee moet hij inmiddels loslaten.
Opvallend ook is dat, zodra duidelijk wordt dat je in de zorg werkt, het taalgebruik verandert. Ik weet niet wat het is maar ineens gaat men over op vakjargon en wordt blijkbaar gedacht dat je van alle zorgmarkten thuis bent. Ik heb dan ook erg mijn best gedaan om “incognito” te blijven en steeds gevraagd om alles toch vooral in “Jip en Janneke taal” uit te leggen. Het is namelijk toch echt even iets anders als het over jezelf gaat en bijkomend voordeel is dat mijn man dan tenminste ook snapt waar het over gaat. Bovendien is mijn geheugen momenteel een zeef en heb ik het concentratievermogen van een slak.
De afgelopen weken voelden als een duizelingwekkende achtbaan waarin we veel hoogte- en dieptepunten hebben beleefd. Zonder de geweldige begeleiding en aandacht van al die professionals maar zeker ook vrijwilligers waren we waarschijnlijk uit de bocht gevlogen. Het heeft ons nogmaals laten zien hoe belangrijk het is om aandacht voor de ander te hebben, je in te leven, goed te luisteren en dat duidelijke en begrijpelijke informatie cruciaal is. En al die ervaringen neem ik straks weer mee naar “mijn” kant van de lijn.